“Waar de drieslag God, de ander en ik als bron en adres van liefde verdwijnt, daar verkruimelt vrijheid.”
We leven in vrijheid, al 75 jaar. Goddank hebben we geen angst voor een wrede onderdrukker die ons zegt wat we geloven, denken of doen moeten. De journalistiek wordt niet aan banden gelegd. Geen bevolkingsgroep wordt afgezonderd, vervolgd of vermoord. We leven in een democratie waarin de regering ter verantwoording wordt geroepen. Wat een voorrecht om in dit land in vrijheid te leven, al 75 jaar!
De grootscheepse vieringen van 75 jaar vrijheid zijn helaas allemaal afgelast. We vieren het grotendeels binnen. Op 4 mei hangen we de vlag halfstok – deze keer de hele dag – en hangen de poster ‘Ik herdenk’ en ‘ik sta stil bij 75 jaar vrijheid’ voor het raam. Thuis zijn we twee minuten stil en zingen het Wilhelmus. Ons volkslied zingt over vrijheid en weet van ‘mijn schild ende betrouwen’. Op 5 mei gaat de vlag helemaal uit. Juist nu het coronavirus ons gaan en staan beperkt beseffen we hoe kwetsbaar en bijzonder vrijheid is.
Leven is vrijheid is nog niet zo eenvoudig. Het is veel meer dan doen waar je zin in hebt en gewoon zeggen wat je denkt. Vrijheid is geen privé bezit. Eddo Verdoner, de voorzitter van het Centraal Joods Overleg, zegt treffend in het katern 75 jaar Vrijheid: ‘Vrijheid maak je samen, de vrijheid van jezelf is ook de vrijheid van de ander.’ Vrijheid stelt ons voor de uitdaging om in vrijheid samen te leven.
Eeuwen terug stelde de grote kerkvader Augustinus al: ‘God dienen is de ware vrijheid.’ Hij doelde daarmee niet op geloofsfanatisme zoals IS, maar op het grote gebod uit de Bijbel: God liefhebben boven alles en je naaste als jezelf. De apostel Paulus schrijft aan christenen in Turkije: ‘u bent geroepen om vrij te zijn’ (Gal. 5:13). Niet, zo vervolgt hij, om jezelf uit te leven, als slaaf van je driften, maar om elkaar te dienen in liefde.
Vrijheid is dus geen privilege maar een roeping die richting geeft. Het doel is ervan is niet het vergroten van mijn levensterrein of de optimalisering van mijn autonomie en welvaart maar concrete liefde voor God, voor de ander en voor mijzelf. Waar de drieslag God, de ander en ik als bron en adres van liefde verdwijnt, daar verkruimelt vrijheid.
Wij zijn dankbaar dat we nu al 75 jaar vrijheid kennen. Toch is deze vrijheid geen garantie voor leven in vrijheid. Hoe snel leggen machten en krachten geen beslag op ons leven. Hoe gemakkelijk raken we niet in de ban van economisch gewin, onze eigen naam en faam en van onze driften. Ook een vrij land kent vele slaven. Leven in vrijheid is niet eenvoudig.
Omgekeerd zijn er inspirerende voorbeelden van mensen die in onvrije landen in vrijheid leefden, zoals Dietrich Bonhoeffer en Nelson Mandela.
De viering van 75 jaar vrijheid onderstreept de oproep van Paulus: u bent geroepen tot vrijheid. Misbruik die vrijheid niet, maar leef in vrijheid. Niet uit dwang of angst om afgewezen te worden, maar vanuit de ruimte van de liefde van God, zichtbaar in Jezus. Liefde, evenzeer voor die ander als voor uzelf.
Ds. André Troost schreef een speciaal ‘bevrijdingslied’ voor joden, christenen, moslims en voor ieder ander mensenkind’. Vrijheid is van ons allemaal. Hij gaf het de titel: ‘Geroepen tot vrijheid’. In dit lied concretiseert hij leven in vrijheid.
Het ‘nooit meer’ klinkt erin als oproep om de tirannie van elk politiek systeem dat mensen uitsluit af te wijzen. Het stelt de ratrace en stress van onze gulzige manier van samenleven onder scherpe kritiek. Alsof het alleen maar om onszelf zou gaan. Het verlangt naar dankbaar elkaars medemens te zijn, ‘in naam van Hem die kwam, en vrede met zich nam, een koning als een lam, de zoon van Abraham!’ En nodigt uit om blij te zijn, ‘voor niets en niemand bang’. Blij omdat de maand mei is aangebroken. De staldeur is weer los, het is lente. De voorbode van de grote zomer die wacht.
Leve leven in vrijheid!